Rouw op de werkvloer

Rouw op de werkvloer

Onlangs viel mijn oog op een artikel in het Noordhollands Dagblad. In dit artikel ging het over rouw op de werkvloer. Na het lezen van het stuk moest ik denken aan hoe het mij is vergaan in de periode dat ik in een soortgelijke situatie zat. In dit artikel wil ik jullie meenemen naar deze tijd, om te laten zien hoe het naar mijn idee zeker niet moet. 

Mijn vrouw is in 2017 overleden nadat zij een periode van 12 jaar heeft gestreden tegen de ziekte kanker. Eerst in 2015 werd zij voor lange tijd (3 maanden) opgenomen op de Intensive Care. Door deze stressvolle situatie heb ik mij uiteindelijk genoodzaakt gezien mij ziek te melden. Tijdens deze periode kon ik al op weinig steun rekenen van mijn voormalig werkgever. Ze vonden het vooral erg vervelend dat ik gedurende lange tijd niet beschikbaar was voor kantoor. Doordat de directie nooit eerder een soortgelijke situatie hadden meegemaakt wisten ze niet zo goed hoe ze er en mee om moesten gaan. Uiteindelijk is mijn vrouw na een zware opname weer uit het ziekenhuis geraakt, waarna ik meteen redelijk snel weer volledig aan het werk ben gegaan. Mogelijkheden om op een verantwoorde manier te reïntegreren waren er niet. Ik weet nog goed dat een van de directieleden mij vermanend toesprak omdat hij vond dat het in zijn ogen allemaal niet snel genoeg ging. Ik voelde me geïntimideerd.

In 2017 sloeg het noodlot toe. Eind februari van dat jaar kwam mijn vrouw wederom in het ziekenhuis te liggen. In eerste instantie leek het minder ernstig dan verwacht maar al snel kwam ze toch weer op de Intensive Care te liggen. Tot overmaat van ramp lag mijn moeder ook in het ziekenhuis met de diagnose alvleesklierkanker. Ik pendelde elke dag tussen 2 ziekenhuizen heen en weer en had daarnaast ook gewoon de zorg voor onze 12-jarige dochter. Het werd me allemaal te veel. Mijn huisarts zag ook dat het allemaal niet meer ging en adviseerde mij om me ziek te melden. Toen ik mijn werkgever opbelde om hem de situatie uit te leggen gaf hij aan mijn ziekmelding niet te accepteren. Ik mankeerde toch immers niks? Ik vertelde hem dat het toch echt niet ging. ‘We zullen wel zien hoe we hier mee omgaan…’, zei hij. Kort daaropvolgend had ik een arbo-arts op de stoep staan. Het eerste wat deze arts zei toen hij binnen was: ‘maar jij ziet er helemaal niet overspannen uit!’. 

Ondertussen lag mijn vrouw met kritieke toestand op de Intensive Care van het LUMC in Leiden. Ik reed dagelijks heen en weer om zoveel mogelijk bij haar te kunnen zijn. Ze werd vanwege ernstige ademhalingsproblemen geïntubeerd en had veel last van paniekaanvallen. Het verplegend personeel kon hier niet altijd even goed mee omgaan, waardoor ik vaak een helpende rol had. Ondertussen stroomde mijn voicemail vol met berichten van mijn werkgever waarin hij aangaf dat hij vond dat ik telefonisch bereikbaar moest zijn voor hem. Mijn uitleg dat ik zo’n 8 uur per dag in een Intensive Care omgeving stond sloeg hij in de wind. Ik stelde nog voor dat hij me kon mailen als er werkinhoudelijke vragen zijn, zodat ik op een geschikt moment kon antwoorden. Dat vond mijn werkgever geen geschikte oplossing. Hij bleef me benaderen met werk gerelateerde kwesties, terwijl het op dat moment zowel met mijn vrouw als mijn moeder zeer slecht ging. 

Op 11 maart 2017 overleed mijn moeder. Vlak daarna sprak mijn vrouw de wens uit om de behandeling te willen staken met als doel om komen te overlijden. Donderdag 23 maart 2017, nog geen week na de uitvaart van mijn moeder, zat ik op uitnodiging van mijn werkgever op kantoor om werkinhoudelijke zaken te bespreken. Iets waar mijn hoofd totaal niet naar stond op dat moment. Tijdens het gesprek werd ik gebeld door het ziekenhuis dat er een MICU (Mobiele Intensive Care Unit) beschikbaar was om mijn vrouw van Leiden naar Den Helder te brengen, alwaar zij uiteindelijk zou komen te overlijden. Ik merkte aan mijn werkgever dat hij het maar vervelend vond dat ik een telefoongesprek durfde te voeren tijdens het telefoongesprek. 

Op 27 maart 2017 overleed mijn vrouw. 1 april 2017 was de uitvaart. Ik heb mijn werkgever via een berichtje op de hoogte gebracht. Beide directieleden waren niet op de uitvaart en mijn collega’s hadden maar een bloemetje gebracht naar het uitvaartcentrum. Enkele weken na de uitvaart werd ik weer op het werk verwacht. ‘Ik had toch niemand meer om voor te zorgen en het is tevens een fijne afleiding’, zeiden ze. Ik sliep slecht en had last van hartkloppingen. Hier kreeg ik medicijnen voor (voor de kenners: temazepam en bètablokkers). Medicijnen die onder andere de rijvaardigheid beïnvloedde. Ondanks dit feit wilde mijn werkgever toch dat ik zou werken op een andere vestiging, op ongeveer een uur rijden, anders dan mijn eigen werkplek welke zich in mijn woonplaats bevond. Toen ik aangaf dat het me niet handig leek om in de auto te stappen gelet op mijn medicijngebruik vond hij dit maar vervelend. De arbo-arts moest erbij worden gehaald om te bemiddelen. Eind mei 2017, nog geen 2 maanden nadat mijn vrouw was overleden, was ik weer volledig aan het werk. 

Mijn vader, die dus ook zijn vrouw (mijn moeder) had verloren, zat in nagenoeg in dezelfde situatie als ik. Zijn werkgever ging er echter totaal anders mee om. Zo kreeg hij veel meer de tijd om het verlies van zijn vrouw te verwerken en werd hij tijdens zijn afwezigheid niet achterna gezeten met werk gerelateerde zaken. Hij ondervond totaal geen druk vanuit zijn werk. ‘Zo kan het dus ook’, dacht ik nog.

Ik heb het mijn werkgever nooit vergeven. Ik voelde me geestelijk mishandeld en had het idee dat ze totaal geen respect hadden voor mij of mijn overleden vrouw. Omdat ik alleen achterbleef met onze dochter had ik niet direct de gelegenheid om ontslag te nemen. Ik was namelijk afhankelijk van het inkomen wat ik had; ik moest zorgen dat er brood op de plank kwam. Het leek alsof mijn werkgever wist dat ik ‘gevangen’ zat. Op mijn werk werd er niet gesproken over mijn situatie en werd er gedaan alsof er niets was gebeurd. Uiteindelijk heb ik eind 2019 alsnog ontslag genomen. Het voelde als de beste beslissing die ik ooit had genomen. 

Dit hele gebeuren heeft ervoor gezorgd dat mijn vertrouwen in werkgevers volledig is geschaad, terwijl dat natuurlijk niet eerlijk is naar de bedrijven die wel goed met rouw en verlies omgaan. Helaas blijkt uit de praktijk toch dat deze onderwerpen vaak te weinig aandacht krijgen. We praten nu eenmaal niet graag over de dood en hebben er het liefst zo min mogelijk mee te maken. Per jaar overlijden er echter zo’n 150.000 mensen waardoor het reëel is om te kunnen concluderen dat elk bedrijf er vroeg of laat toch mee te maken gaat krijgen; direct of indirect. Door de rouwperiode goed te begeleiden en de werknemer aan de hand te nemen op een respectvolle manier kun je ervoor zorgen dat de werknemer sneller volledig aan het werk kan gaan dan wanneer je hem of haar aan het lot overlaat. 

Vanuit mijn kennis en ervaring kan ik bedrijven adviseren en begeleiden op het gebied van rouw op de werkvloer. Ook is het mogelijk dat ik een lezing kom geven om er op die manier aan bij te dragen dat dit zware onderwerp door werkgevers en werknemers kan worden besproken. 

Heb je ook te maken gehad met rouw op de werkvloer? Hoe zijn jouw ervaringen? Ik ben benieuwd naar jouw verhaal. Laat een reactie achter onder aan deze post of stuur me een berichtje via info@sho-consultancy.nl

Tags: , , , , , , ,

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *